Secundair onderwijs - B-stroom - Natuurwetenschappen - Vakgebonden ontwikkelingsdoelen
De leerlingen kunnen:
1 | gericht waarnemen met al hun zintuigen en de waarnemingen weergeven; |
4 | eenvoudige tabellen, grafieken en diagrammen in verband met natuurwetenschappelijke verschijnselen gebruiken. |
6 | bij goed gekozen voorbeelden van organismen ontdekken en weergeven hoe deze aangepast zijn aan hun omgeving; |
7 | de wet van eten en gegeten worden illustreren aan de hand van minstens drie met elkaar verbonden voedselketens; |
8 | in concrete voorbeelden aantonen hoe de mens natuur en milieu beïnvloedt; |
14 | wetenschappelijke kennis verbinden met dagelijkse waarnemingen, concrete toepassingen of maatschappelijke evoluties. |
16 | energievormen uit het dagelijkse leven verbinden met energiebronnen; |
17 | energiebesparende maatregelen verbinden met een duurzame levensstijl. |
Secundair onderwijs - B-stroom - Maatschappelijke vorming of
geschiedenis en aardrijkskunde - Vakgebonden ontwikkelingsdoelen
De leerlingen (kunnen):
18 | aan de hand van concrete inrichtingselementen een landelijk, stedelijk, toeristisch en industrieel landschap van elkaar onderscheiden. |
20 | zich aan de hand van een plattegrond of een kaart oriënteren. |
22 | herkennen door gericht waarnemen of na onderzoek een aantal landschappen in de eigen omgeving. |
33 | kennen de infrastructuur en mogelijkheden in verband met vrijetijdsbesteding in hun woonomgeving. |
* Met het oog op de controle door de inspectie werden de attitudes met een
asterisk (*) aangeduid.