Nummer 75 - juni 2014
Terug

Oproep: meld het als je een bruinvis ziet op de Schelde of Rupel!

Dinsdag 13 mei 2014 is ter hoogte van Wetteren de eerste bruinvis van het jaar op de Schelde gespot. Het dier zwom tegen de stroom in, richting Melle en Gent, een gevaarlijke onderneming want veel van die bruinvissen overleven hun tocht naar het binnenland niet. En blijkbaar wagen zich steeds meer bruinvissen aan die onderneming.

Om meer informatie over dat fenomeen te verzamelen en tegelijk het hoge sterftepercentage terug te dringen, roept Natuurpunt op om zowel zwemmende als aangespoelde bruinvissen te melden via bruinvis.zoogdierenwerkgroep.be!

Mogelijk zwemmen bruinvissen hun prooien achterna op de Schelde. (foto: Joachim Pintens)

Waarom bruinvissen de laatste jaren de rivieren opzwemmen is nog onduidelijk. Feit is dat de waterkwaliteit en de daaraan verbonden aanwezigheid van vis onze rivieren een stuk aantrekkelijker gemaakt hebben voor de zeezoogdieren. Omwille van de watervervuiling, bejaging en voedselgebrek waren waarnemingen van bruinvissen op de Schelde en de Rupel de voorbije 100 jaar eerder zeldzaam. Maar de laatste tien jaar ondergingen de Schelde en de Rupel een echte metamorfose; de waterkwaliteit ging er op vooruit en je kan er tegenwoordig weer een dertigtal vissoorten terugvinden.

In 2013 werden opvallend veel bruinvissen waargenomen in de Schelde - inclusief haar zijrivieren en havens. Bruinvissen werden gezien in de Schelde, enkele dokken van de haven van Antwerpen, de Rupel, de Nete, de Kleine Nete, de Dender, het Albertkanaal en het Kempisch Kanaal. Omdat de dieren erg opvallend zijn en de rivieren op- en afzwemmen, ging het volgens het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek om minstens 20 verschillende exemplaren. Om welke reden de bruinvis landinwaarts zwemt, is niet helemaal duidelijk. Een mogelijke verklaring kan zijn dat ze prooien achterna zwemmen. Zeevissen als de spiering en de fint zwemmen in de lente massaal de stromen op om er te paaien in de ondiepere gebieden.

Het zwemavontuur van de bruinvis loopt helaas heel vaak slecht af. (foto: Luc Verhelst)


Maar de dieren raakten via sluizen in getijvrije gebieden en er werden - meer dan ooit tevoren gerapporteerd - talrijke dode bruinvissen aangetroffen in het binnenland. Om te weten te komen waarom het zwemavontuur van de bruinvis zo vaak slecht afloopt - van de naar schatting 20 bruinvissen die vorig jaar op de Schelde en de Rupel gesignaleerd werden, zijn 13 exemplaren dood aangespoeld - is de Zoogdierenwerkgroep van Natuurpunt gestart met een grote telcampagne om het fenomeen van de trekkende bruinvissen te onderzoeken en om zo te weten te komen welke maatregelen we kunnen nemen om dit fantastische zeezoogdier opnieuw veilig in onze rivieren te laten zwemmen.

Iedereen die in of bij het water vertoeft, kan helpen door waarnemingen van dode of levende bruinvissen in de Schelde of Rupel door te geven via de website bruinvis.zoogdierenwerkgroep.be.

Hoe herkennen?

(foto: Plazilla)

In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, is de bruinvis een zoogdier en geen vis. De rug is donker (grijs- of bruinachtig), de buik is licht tot wit. Het is de kleinste walvisachtige in Europese wateren, maar toch kan een volwassen exemplaar tot 1,80 meter lang worden. Bruinvissen verblijven slechts korte periodes boven het wateroppervlak en je zal vooral de driehoekige rugvin kunnen waarnemen. Kenmerkend voor de soort zijn de kleine, driehoekige rugvin, stompe snuit en voorhoofdsbult.

Meer weten over de bruinvis?
www.natuurpunt.be/nl/biodiversiteit/dieren-in-nesten/de-bruinvis_3036.aspx



Dit artikel is grotendeels samengesteld op basis van de tekst door Diemer Vercayie, Natuurpunt Studie en Hendrik Moeremans, Natuurpunt. Ook dank aan Jan Haelters, wetenschappelijk medewerker van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, departement BMM, voor de mondelinge info.

Terug

De Milieuboot vzw - De Gheeststraat 16 - 9300 Aalst - tel. 053 72 94 20
- www.milieuboot.be - Uitschrijven